Dutch: Wekken
Does wekken mean "to wake up"? If so, how do I say the following?
1. I wake up at 6 every morning.
2. I woke up at 6 this morning.
Also, what is its auxiliary verb? Hebben?
Thanks.
1. I wake up at 6 every morning. = Ik word elke ochtend om 6 uur wakker.
2. I woke up at 6 this morning. = Ik werd vanochtend om 6 uur wakker.
3. I will wake up my friend. = Ik zal mijn vriend wekken / wakker maken.
4. The alarm clock wakes me up every morning. = De wekker wekt me elke ochtend.
16 de septiembre de 2015
1
2
1
ik sta op (present)
ik stond op (past)
ik ben opgestaan (perfect)
"hulpwerkwoord" is ben (conjugation of the verb "zijn")
15 de septiembre de 2015
0
1
1
"waking up" in Dutch is "opstaan",
"wekken" in Dutch is a verb ; jij wekt mij iedere ochtend. You can't "wek" yourself :-) An alarm clock in Dutch is a "wekker".
15 de septiembre de 2015
0
1
0
Yes, wekken means to wake up in English.
1. Ik sta elke ochtend om zes uur op.
2. Deze ochtend stond ik om zes uur op/ Ik stond deze ochtend om zes uur op.
I didn't understand your last question.
14 de septiembre de 2015
0
0
¿No has encontrado las respuestas?
¡Escribe tus preguntas y deja que los hablantes nativos te ayuden!
Shawn
Competencias lingüísticas
Holandés, Inglés, Francés, Gaélico (irlandés), Italiano, Japonés, Otro, Español
Idioma de aprendizaje
Holandés, Inglés, Francés, Gaélico (irlandés), Italiano, Japonés, Otro, Español