Een zaterdag in (de) Martiniek,
Het regent vandaag/Vandaag regent het, een harde tropische regen.
Buiten heb ik een vat staan, en het is bijna vol met water.
Het is heel handig hier, want het komt vaak voor dat de kranen kraanwater het niet meer doen doet (soms breekt een waterbuis ergens ).
We blijven thuis vandaag/Vandaag blijven we thuis; het heeft geen zin (meer) om naar het strand te gaan. MIschien Misschien/Wellicht gaan we morgen/We gaan [wellicht/misschien] morgen, als de zon lekker schijnt/als het [lekker/mooi] weer wordt.
pPrettige/Fijn weekend week-end!
Keurig geschreven!